waar telkens een knikker moest ingezet worden en er serieus gewonnen en verloren werd.
Wij “skoten vooral skeut” met een “boen” vol “skeuten”.
Eerst werd het speelveld afgebakend. Er werd een streep getrokken waar iedere deelnemer bij de start van het spel moest achterblijven. Op 2à 3 meter afstand werd een “boen” getekend in het zand.
De “boen” werd getekend i.f.v. het aantal knikkers dat er in moest en dus van het aantal deelnemers aan het spel. De “boen” bestond uit een rechte streep waar de knikkers opgelegd werden en twee halve cirkels boven en onder de streep.
De kinderen moesten loten wie eerst mocht beginnen. Normaal moest je in “kniezit” je knikker wegschieten met je hand op de grond. Maar met goedvinden van de andere spelers waren afwijkingen mogelijk. (zie verder)
Het was de bedoeling om van achter de lijn de knikkers van de tegenspelers uit de “boen” te schieten.
Als je een knikker uit de “boen” schoot was die knikker voortaan jouw eigendom en mocht je nog een keer schieten.
Sommige kinderen waren fysisch bevoordeligd. De beste knikkeraars hun duim was iets langer dan die van andere kinderen. De knikkerkampioenen konden hun duim tweemaal plooien, dus ook aan het 2e gewricht. Zij konden beter mikken en meer kracht zetten op hun “schot”en zij konden een dikkere knikker gebruiken als “mikker”.
De kwaliteit van de “skeute” was ook erg verschillend. Als je een eerder zwakke speler was en weinig kans had om veel “skeute” uit de “boen” te schieten, legde je, zo mogelijk, een oudere afgesleten skeut in de boen. Het waren dikwijls dezelfde skeutkampioenen die rest van de kinderen “afdruugden”.
Die mannen met hun lange duim konden, zoals gezegd, ook schieten met een iets dikkere knikker. Kinderen die maar één plooi hadden in hun duim moesten tevreden zijn met een kleinere knikker.
Ieder kind had thuis een grote “bors” waar de skeute in bewaard werden.
Sommigen hadden ook een “borske”of een "bözzeke", om de knikkers mee te brengen naar school. De meeste kinderen bewaarden de knikkers los in hun “tes”.
Help, Help!
Ogenschijnlijk was “skeut skéite” een heel eenvoudig spelletje.
Maar er kwam meer bij kijken. Er waren allerlei regeltjes om het spel eenvoudiger of moeilijker te maken.
Wie kent ze nog?
Wie kan nog zeggen wat volgende woorden op uitdrukkingen precies betekenden?
- Al en bie-al?
- Huug en bie-huug?
- Puut en bie-puut?
- Huug en puut?
- Bie-huug en bie-puut?
- Ken je nog andere technische termen die gebruikt werden bij het “skeut skéite” en wat betekenden ze? Antwoorden op onze facebookpagina https://www.facebook.com/paalonline.be/ of de facebookgroep https://www.facebook.com/groups/paal.vroeger/
![]() |
Knikkers behoren tot het oudste speelgoed ter wereld. In het British Museum bijvoorbeeld, kan je knikkers bewonderen uit Kreta die dateren van 2000 voor Christus. Eén van de manieren waarop de Grieken met knikkers speelden was bijvoorbeeld door een cirkel te tekenen op de grond en daar zoveel mogelijk knikkers in te laten rollen. Ook op een prent van Bruegel (De Kermis van Hoboken) spelen kinderen een gelijkaardig spel, al gebruiken ze noten in plaats van de kleien knikkers die in die tijd kalkers of kalkedotters werden genoemd. De kinderen hebben een cirkel getekend waarin één knikker ligt. Waarschijnlijk gingen de spelregels als volgt: ieder kind mocht vanaf de meet één knikker binnen de cirkel schieten. De knikkers die ze uit de cirkel schoten mochten ze houden. Eind negentiende eeuw industrialiseerde de productie van keramische knikkers die aan een goedkope prijs massaal werden verspreid. Ongeveer gelijktijdig komen er ook machinaal geproduceerde glazen knikkers op de markt, al breken die pas echt door tijdens de jaren 1950. De glazen knikkers zijn nog steeds de meest gebruikelijke. (bron: https://www.lecavzw.be/tradities/rituelen/eeuwenoude-spelletjes) |
Kort na de oorlog was “skeut skéite” zowat de hoofdactiviteit van de meeste kinderen op de speelplaats tijdens de speeltijd. Het is wellicht een spel zo oud als de mensheid.
Aanmelden voor RSS Feed
Jongeren kunnen zich nog maar met moeite voorstellen wat het is om je aan een toestel als een spinnewiel te prikken, of ze moeten grootgebracht zijn met het sprookje van Doornroosje. Dit lieve kind had bij haar geboorte de voorspelling meegekregen dat ze zich op haar vijftiende aan zo'n spoel zou prikken en sterven.