Deze website gebruikt cookies

Deze website gebruikt zoals de meeste website cookies om uw bezoek zo aangenaam mogelijk te maken. Wij respecteren hierbij uw privacy maximaal. Indien u verder gaat naar de website staat u de plaatsing van cookies toe. Meer info over ons cookiebeleid - klik hier. -

Portret : Jan Hoogsteyns

Deze maand trokken we naar Tervant voor een portret van Jan Hoogsteyns. Jan ging in 1957 als onderwijzer aan de slag in Tervant en verdeelde zijn vrije tijd tussen schilderen en natuurstudie. Nadat hij in 1963 resoluut koos voor de schilderkunst raakte hij al snel bekend in binnen- en buitenland.

Jan wordt geboren op 9 oktober 1935 in Beverlo. Als een kind van de oorlogsjaren krijgt hij ook al snel te maken met de gevaren en gevolgen van de tweede wereldoorlog. In 1942 verhuist de familie Hoogsteyns naar het ‘kasteeltje’ gelegen in de Zuidstraat. Dat is een huis van een oom die in het buitenland verblijft. Op die manier wordt het kasteel bewaakt en beschermd. Het is voor Jan een mooie plek om op te groeien. De tuin staat vol exotische bomen en van kindsbeen af is de kleine Jan gefascineerd door vogels. De zwarte kauwen in de schouwen, de gespikkelde spreeuwen en de kleine mussen die op zolder kwetteren. Jan legt hier de basis voor zijn latere passie voor ornithologie.

Op 12 mei 1942 slaat het noodlot echter toe. Een zware bom valt vlak achter het kasteeltje en hun droomhuis wordt zwaar vernield. De achterliggende gebouwen gaan er zelfs helemaal aan. Jan toont mij een foto van het zwaar gehavende huis. Een kleine Jan staat beteuterd in de lens te staren. Zo verhuist de familie naar de grootmoeder die in het centrum van Beverlo een drukbezocht café heeft. Aan die zomer in Beverlo heeft Jan nog goede herinneringen. In het café gebeurde elke dag wel iets. En omdat de school van Beverlo ook plat ligt, krijgen de kinderen les in de voorste kamer van War Beets. Na de bevrijding trekt de familie naar Beringen-Mijn in afwachting van de restauratie van het kasteeltje.

Jan gaat in Leopoldsburg naar het lager middelbaar en studeert verder aan de normaalschool van Mechelen-aan-de Maas, nu Maasmechelen. Een carrière als onderwijzer wenkt. Jan had als kleine jongen al veel tekentalent. En in 1953 op 18 jarige leeftijd begint hij te schilderen. Een jaar later trekt de familie Hoogsteyns op vakantie naar Parijs. Een nieuwe wereld gaat voor hem open. Hier ziet hij voor het eerste de echte moderne kunst. Van Gogh, Gaugain en de andere impressionisten. Zijn ogen vallen wijd open van bewondering. Tijdens zijn legerdienst krijgt hij de kans om mee te gaan met een Romereis. Zo leert hij de klassieke kunst beter kennen. Tijdens een tussenstop in Luzern ontmoet hij Albert Servaes, kunstschilder en tekenaar. Servaes wordt beschouwd als de eerste expressionist van België. Hij tekent er een portret van Servaes. Later zullen ook nog heel wat andere beroemdheden voor Jan poseren zoals Maurice Gilliams, Gerard Walschap, Hugo Claus, Anton van Wilderode en Hubert Lampo. Als boekenliefhebber en verzamelaar kon Jan contact leggen met deze auteurs. Naast Vlaamse literatuur verzamelde Jan ook boeken over de precolumbiaanse cultuur. Ondertussen heeft Jan de meeste boeken verkocht. Zijn precolumbiaanse collectie is verkocht aan twee musea.

In 1957 gaat Jan als onderwijzer aan de slag in Tervant, bouwt een modern huis in de Lijsterstraat en verdeelt zijn vrije tijd tussen schilderen en natuurstudie. Hij schrijft verschillende wetenschappelijke artikels in diverse bladen. In 1963 stopt hij als ornitholoog en kiest resoluut voor de schilderkunst. En dat blijkt een goede keuze. Al snel raakt hij bekend in binnen- en buitenland. Zo zijn er tentoonstellingen in Parijs, Londen, Nederland en Duitsland. Zowel individueel als in groep trekt hij met zijn werken de wereld rond. Er hangen werken van hem in verschillende musea: Doornik, Bergen, Verviers, Tunbridge Wells, Prahova, Brasov en Santander. Er zijn twee monografieën geschreven over Jan. Een door Guy van Hoof, de tweede door Anton van Wilderode. Lokaal was hij ook lid van diverse kunstkringen zoals die van Beringen, Paal en Tessenderlo.

De Hoogsteynsen zijn een kleine familie ( de naam komt maar 54 keer voor in België) maar het zijn wereldburgers. Zo zijn er verschillende neven en nichten die in Australië wonen. De stam Hoogsteyns ‘downunder’ is al uitgegroeid tot 24. Ook dochter Bea woont al twintig jaar in Mexico. Zijn tweede dochter woont gelukkig wat korter bij. Zij woont in de schaduw van Felix Timmermans in Lier. Een ander familielid is de bekende fotograaf Jan Hoogsteyns. Er is soms nogal eens verwarring tussen Jan de schilder en Jan de fotograaf, zoon van een neef in Heppen.

In 2000 houdt Jan het exposeren voor bekeken. Hij is ondertussen ook al een tijdje op pensioen. Vandaag doet Jan het wat rustiger aan. Hij schildert nog af en toe. Maar niet veel. Hij is trouwens nooit een veelschilder geweest. Hij volgt de schilderkunst nog wel op de voet. Zo heeft hij bewondering voor Raveel, Panamarenko, Botero en Hopper. Jan vertelt zijn verhaal op een bescheiden manier. Hij is nooit een echte prater geweest als het aankwam op het verkopen van schilderen. Zijn Paalse vrienden Staf Beerten en Ludo Laagland waren als beroepsschilder veel commerciëler aangelegd. Jan lacht. De einzelgänger wordt hij genoemd. Trouw aan zijn poëtische stijl.

Het is tijd om een foto te nemen. Ik probeer Jan als het ware in één van zijn werken te plakken. De einzelgänger in een prachtig wit landschap. De landschappen die herkenbaar zijn uit de duizenden. Jan is dan ook een man uit de duizenden.

Tekst en foto: Hans Put.

Laatst aangepast op 24 september 2014
Log in om reacties te plaatsen