In aanwezigheid van notaris J.H. Ghoos uit Kwaadmechelen formuleerde de Buiting de 3 van oudsher aanslepende klachten:
- Het is onredelijk dat de “Buitinghe” moet bijdragen in de kosten en het onnodig verteer door de gedeputeerden van de Beringse magistraat op de Luikse landdagen.
- De “Buitinghe” moet blindelings twee derde van de kosten dragen die zonder haar voorweten aan de kerk en toren van de stad gedaan worden.
- Paal, een deel van de “Buitinghe”, heeft ook recht op een deel van de inkomsten der armengoederen, maar de stad beoogt alleen Paal “hoe meer hoe liver met de buijdel te doen opkomen en ter contrarie van alle voordelen te beroven en om soo te seggen hun in specie van slavernij te brengen”.
De klachten van de Buiting vielen niet in dovemansoren bij het Franse bewind. Ze kwamen deze keer op het juiste moment want Napoleon had allerlei plannen om de lokale overheden in zijn rijk te reorganiseren.


Reeds in 1795 hadden de Fransen naar aanleiding van de aanhechting van de Zuidelijke Nederlanden bij de Franse Republiek de Ancien-Régime instellingen afgeschaft en nieuwe gemeenten “communes”, opgericht. Aanvankelijk werden de provincies, door de Fransen departementen genoemd, ingedeeld in kantons.
Gemeenten met minder dan 5000 inwoners kregen geen eigen bestuur maar werden gegroepeerd in kantonmunicipaliteiten die als kleinste bestuurseenheid fungeerden. Elke gemeente werd in de kantonraad vertegenwoordigd door een municipale beambte “agent municipal”.
Gemeenten met meer dan 5000 inwoners vormden elk een afzonderlijke kantonmunicipaliteit. Onder het Consulaat werden in 1800 de kantons en de kantonmunicipaliteiten afgeschaft en alle gemeenten werden zelfstandig. Er ontstonden 2776 gemeenten, van grote tot zeer kleine. Ze stonden onder de rechtstreekse voogdij van het departement”préfecture” via het onder-departement “sous-préfecture".
Zo kwam door een beslissing van een buitenlandse bezetter een einde aan eeuwenlang geruzie en gekibbel tussen Beringen en de Buiting en werd Paal een afzonderlijke gemeente.
Dat het eigenlijk dank zij de Fransen was dat het Berings juk werd afgeworpen en deels een gevolg was van de bestuurlijke hervormingen van Napoleon, daarover wordt in Paal meestal zedig gezwegen. Ze zullen in Paal , zo hopen we toch, niet geroepen hebben van“Vive la France” toen de” sansculotten” hier voorbij trokken, zeker....
André Luyten (wordt vervolgd)
In 1802 werd Egidius F. Wouters de 1e burgemeester van Paal. Hij was voordien al Burgemeester van Beringen geweest. Na hem volgden:
Naschrift vanwege paalonline:
Voor zover ons bekend werd er tot dusver geen geschiedenis geschreven over de periode van 1802 tot 1976, periode tijdens welke Paal een afzonderlijke gemeente was.
Wij gaan er niettemin van uit dat de Paalse archieven goed bewaard werden door de gemeente Beringen.
We hopen dan ook dat spoedig een of ander geïnteresseerde aan de geschiedenis van ons dorp (student, gepensioneerde,…) in zijn of haar pen zal kruipen om deze periode te analyseren , op schrift te stelen en voor het nageslacht te bewaren.








