Deze website gebruikt cookies

Deze website gebruikt zoals de meeste website cookies om uw bezoek zo aangenaam mogelijk te maken. Wij respecteren hierbij uw privacy maximaal. Indien u verder gaat naar de website staat u de plaatsing van cookies toe. Meer info over ons cookiebeleid - klik hier. -

1 april 2015

Column: Retail on be-Mine, Halleluja, Halleluja!

Een gevoel van opluchting en zelfs hoera- kreten waren niet uit de lucht op de ceremonie bij de 1e paalplanting van het retailpark op be-Mine.

“The proof of the pudding, is in the eating!”

De toekomst moet uitwijzen of het businessproject dat binnen be-Mine wordt klaar gestoomd op termijn succesrijk zal zijn en of het de hefboomfunctie op vlak van handelsontwikkeling, die het project nu wordt toegedicht, zal waarmaken.

Laat ons hopen…anders werd er veel geld over de balk gegooid.

De start van het retailpark is alleszins een goede gelegenheid om een en ander in een breder perspectief te plaatsen en de relatie van het retailpark  be-Mine met de rest van de handel in de dorpen van Beringen onder de loep te nemen.

De economische omstandigheden om nieuwe grote handelspanden op te starten zijn op dit ogenblik verre van ideaal, om het zacht uit te drukken.

De koopkracht van de bevolking neigt eerder naar afname dan naar groei. De vooropgestelde indexsprong zal hier nog een schep bovenop doen.

Als een taxshift de loonkost substantieel moet verminderen, is het zeer de vraag of de consumptie kan ontsnappen aan extra-lasten.

Binnen die algemene economische context worstelt de retailbusiness en evenzeer de kleinhandel daarbovenop nog met een aantal specifieke problemen. De handel wereldwijd gaat door een grondige transitieperiode met enkele ingrijpende veranderingen. (cfr. Nota denktank “Te voet naar de winkel in Paal of in de file staan om te winkelen in Beringen?” d.d. april 2014)

Een en ander leidt op dit ogenblik tot vormen van hyperconcurrentie in deelsectoren van de handel en retail waar de zwakkere broertjes financieel slachtoffer van worden.

De belangrijkste omwenteling is de onstuitbare doorbraak van het online-shoppen. De jaarlijkse groeicijfers van de online-handel overtreffen telkens de verwachtingen.

Om te overleven proberen alle spelers op een of andere manier de online-mogelijkheden te integreren in hun bestaande off-line handelsconcepten. Ik las de voorbije dagen dat uitgerekend de twee zogenaamde trekkers op het retailpark  “be-Mine” nieuwe gecombineerde verkoopformules (tussen online- en offlineverkoop) uittesten.

Wellicht moeten we een aantal investeringen op be-Mine dan ook zien in de huidige ongenadige strijd tussen de concerns om marktaandeel te veroveren, nu het nog kan.

Er is echter een 2e minder opvallende , maar eveneens ingrijpende evolutie binnen de wereld van handel en retail die aangekondigd werd en die zich stilaan ook doorzet hier en in de ons omringende landen, tot in de USA, het mekka van de megaverkoopparken, toe.

We schreven het al in onze winkelnota: “De dorpswinkel komt terug!”

De oorzaken zijn talrijk en complex; ze volledig analyseren zou ons te ver voeren. Het heeft o.a. te maken met het groeiend belang van adviesverlening in de online-verkoop, maar evenzeer met de veroudering van de bevolking, met ons (voorlopig) onoplosbaar mobiliteitsprobleem en met de invulling van het meest schaarse goed van vandaag: ”tijd”.

De handel verzamelt dus niet alleen op grote sites waar we in de file naar toe glijden in onze dienstwagen, maar komt ook terug naar de mensen toe in de dorpen en wijken. In Paal is deze evolutie al even bezig en zien we de positieve resultaten ervan.

Het is zelfs niet uitgesloten dat de nieuwe trend naar schaalverkleining zich verder doorzet tot op wijkniveau. Nieuwe mini-verkoopsunits worden sinds kort binnen kleinere wijken van onze grote steden uitgetest door sommige “grote” spelers.

Waar pleit ik voor?

Dat de handel, ook in de dorpen van Beringen volop alle kansen krijgt, omdat dit voor de grote meerderheid van de inwoners van onze gemeente voordelen heeft t.o.v.  een zogenaamde alleenzaligmakende centralisatie. 

Dirigisme, dat de handel financieel wil aanmoedigen om zich van de dorpen te verplaatsen naar het centrum, is alleszins uit den boze!

Als lokale ondernemers bovendien, de handschoen willen opnemen tegen multinationaal geweld, op interessante handelsclusters in de buurt van het afrittencomplex van de E314, moet de gemeente Beringen dit steunen en zich inspannen om de planning in die zin bij te spijkeren.

De vorige eeuw werd de centrale ontwikkeling afgesproken in het RSV (het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen) en in de Limburgse en gemeentelijke vertalingen van de planning,

Deze plannen zijn echter gedateerd (1997) omwille van allerlei maatschappelijke evoluties en worden vervangen door het BRV (het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen) dat op dit ogenblik in de steigers wordt gezet.

Ik pleit ervoor om een nieuwe globale visie te ontwikkelen op de toekomst van onze gemeente, stad en dorpen en bij uitbreiding van onze streek West-Limburg, weg van het huidige alleenzaligmakende centralistische denken en deze visie te implementeren in het nieuwe BRV.

Enerzijds moet de lokale politiek van de toekomst zich, conform het Vlaams regeerakkoord, afspelen binnen een politiek- administratief gemeentelijk framework, met een substantieel grotere dimensie, via samenwerking tussen of fusie van gemeenten.

Anderzijds kunnen we beleidsmatig via deze nieuwe opstelling gemakkelijker inhoud geven aan het “herdorpen” van onze woonkernen.

Het lijkt paradoxaal, maar het werd in Nederland al meermaals uitgetest.

Uiteindelijk omdat mensen belangrijker zijn dan structuren…

Gust Luyten

pdfDocument: 2014_04_19TeVoetNaarDeWinkelInPaalOfInDeFileGaanStaanOmTeWinkelenInBeringen_def.pdf

{fcomment}

Laatst aangepast op 10 mei 2015
Log in om reacties te plaatsen