Klik hier om het volledig eindrapport te lezen.

Vooral het verkeer en de huishoudens bedreigen de luchtkwaliteit in Paal!

In O.C. De Buiting in Paal werd op donderdag 4 december het VITO-rapport over de luchtkwaliteit in Beringen voorgesteld voor een beperkt, maar bijzonder geïnteresseerd publiek.

Schepen voor Leefmilieu Duygu Akdemir heette de aanwezigen welkom en Peter Douven stelde de auteurs van de studie o.l.v. Wouter Lefebvre voor.

Deze gaf gedurende een uiteenzetting van ruim één uur tekst en uitleg bij het rapport dat werd uitgebracht bij het gemeentebestuur op basis van een studie verricht door VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek).

Hij lichtte de keuze van het onderzoeksteam voor "modelleren" toe en overliep de verschillende stoffen in de lucht die onderzocht werden.

Hierbij werd vooral stil gestaan bij de hoeveelheid fijn stof in de lucht, als gevaarlijkste boosdoener voor de volksgezondheid.

Ook de effecten van de mogelijke komst van de biostoomcentrale "Bionerga" werden onderzocht en bleken, volgens de onderzoekers, heel klein te zijn.

Tot slot van zijn uiteenzetting gaf Wouter Lefebre een viertal aanbevelingen aan het gemeentebestuur om de luchtkwaliteit te verbeteren. De voornaamste bronnen
van luchtvervuiling in Paal en in Beringen in het algemeen zijn het wegverkeer, de huishoudens (voornamelijk houtverbranding) en in mindere mate de industrie.

Daarom stelt hij aan het gemeentebestuur voor om de focus te leggen op het wegverkeer, op de huishoudens en in mindere mate op de industrie.

1. De duidelijkste manier om het aantal emissies van het wegverkeer te beperken is het aantal gemotoriseerde verplaatsingen( dwz met de auto, vrachtwagen, moto...) te verminderen. Dit kan gebeuren door het aantal verplaatsingen te verminderen, door andere vervoersmiddelen (fiets, te voet, trein...) te gebruiken of door de verplaatsingen efficiënter uit te voeren. ( bijv. carpoolen, openbaar busvervoer...)

Andere aspecten die kunnen helpen om de invloed van het wegverkeer op de luchtvervuiling te verminderen is de omschakeling van dieselauto's naar benzineauto's...

2. Voor fijn stof en BC (black carbon=meest ongezonde fractie van fijn stof) wordt de emissie vooral bepaald door houtverbranding. Ook voor dioxines is dit een belangrijke bron. Om de lokale uitstoot te beperken kunnen volgende  maatregelen interessant zijn:

• Minder hout verbranden
• Op een correcte manier stoken
• Gebruik maken van een nieuw type kachels (vb. pelletkachel).

3. Voor de industrie kan een verdere verbetering van de luchtzuiveringstechnieken en van de productieprocessen soms soelaas brengen.

Tot slot benadrukte Lefebvre dat in de strijd tegen de luchtverontreiniging een nauwe samenwerking tussen het lokaal , regionaal en Europees beleid van kapitaal belang is.

Tijdens de vraagstelling na de uiteenzetting kwam de focus uiteraard vooral te liggen op de industriële luchtverontreiniging en dan vooral op de mogelijke gevaren verbonden aan de vestiging van Bionerga in Paal-Beringen.

De deskundigheid van de vraagstellers in de zaal was opmerkelijk.

Hieruit bleek vooral dat een grondiger studie mogelijk was geweest door concrete metingen te doen en door een biomonitoring.

Wouter Lefebre kon grotendeels akkoord gaan met de reserves gemaakt door de vraagstellers en interpellanten, maar wees op de financiële impact en op de politieke bijsturingen die hiervoor nodig zijn.

Peter Douven van het gemeentelijk managementteam dankte tot slot de aanwezigen voor hun medewerking aan deze verhelderende avond.

De afwezigen hadden weer ongelijk!