We komen van ver: het café moest oorspronkelijk opbrengen voor de gemeente. Deze opvatting is gelukkig bijgestuurd. Toch is het voor sommige beleidsmakers van het goede te veel om 3 “gesubsidieerde cafés” te hebben in het dorpspark.
Dit is een financiële invalshoek. We moeten het bredere plaatje durven bekijken.
De horeca staat in heel Vlaanderen onder druk. Dorpscafés verdwijnen, ook in Paal.
Het zijn en het worden zeker in de toekomst belangrijke ontmoetingsplekken, die we moeten koesteren in de strijd tegen vereenzaming en in de bevordering van het algemeen mentaal welzijn.
We mogen in Paal niet terechtkomen in het Beverlose scenario waar de dorpscafés uit het straatbeeld verdwenen zijn. Begin dat maar eens recht te trekken !
Daarom moeten we in Paal “preventief” denken, om niet achteraf “curatief” te moeten remediëren. Daarbij komt dat in onze visie de sportinfrastructuur op termijn best verplaatst wordt naar de Flandria site, zodat het OC opnieuw zijn oorspronkelijke roeping ten volle kan opnemen.
Er is evenwel meer nodig om de cafetaria van het OC op te waarderen. Sinds de opening van het OC De Buiting werd quasi niet geïnvesteerd in de cafetaria-infrastructuur. Enkele voorbeelden: de oorspronkelijke stoelen zaten al jaar en dag ongemakkelijk. Ze werden op kosten van sommige uitbaters zelf vervangen. Het terras is aftands, hoewel mooi gelegen met zicht op het park.
Al in 2017 werden budgetten voorzien om de omgeving van het centrum opnieuw aan te leggen, met inbegrip van het terras en de creatie van een klein amfitheater. Mocht het terras kunnen vergroot worden, kan hier voor de zomers een prachtige ontmoetingsruimte gecreëerd worden.
Ten slotte kunnen er in het café allerlei kleinschalige activiteiten georganiseerd worden, zoals optredens.
Dit alles vraagt natuurlijk om investeringen. Het lijkt ons een kwestie van prioriteiten leggen, wellicht anders dan nu. Het belang van een levendige dorpsgemeenschap werd al aangetoond. Hiernaar streven wordt zo belangrijk in de toekomst, omwille van de vroeger geschetste maatschappelijke evoluties.
We hebben onvoldoende inzicht in de gemeentefinanciën om aan te wijzen waar er, zo nodig, kan bespaard worden. Vooralsnog is Beringen geen noodlijdende gemeente. Integendeel. Duidelijk is wel dat de prioriteiten, naast de gemeentelijke kerntaken, in de afgelopen jaren elders lagen.
Het wordt tijd om op het vlak van investeringen het roer bij te sturen en méér te investeren in projecten gericht op volksontwikkeling dicht bij de mensen. Verbondenheid proberen te creëren tussen de mensen wordt een nieuwe kerntaak voor een gemeente.
De nabijheid van up to date voorzieningen is hierbij heel belangrijk.
In volgende afleveringen gaan we dieper in op de kwesties “renovatie of nieuwbouw ?” en de “noodzaak van professionele ondersteuning”.
