Print deze pagina
21 juli 2016

Vakantiecolumn: Nadenken over afstand en nabijheid…

Na een zompig voorjaar met veel waterellende, kan een reis naar een zonnig land deugd doen en onze horizon verruimen. Bulgarije is zonder twijfel een van de armste landen van Europa. Ik zag er kinderen etensresten zoeken in de vuilnisbakken van de hoofdstad. Maar overtuigde Europeanen zijn de Bulgaren wel. Zij voelen de weldaden van het Europees project en kunnen vergelijken met de periode van communistische overheersing.

De Bulgaren leven aan de buitengrens van Europa. Hun geschiedenis is als een koers met veel hindernissen. De Thracische beschaving ( vanaf de 6e eeuw voor christus) is de voorloper van de Griekse en de Romeinse beschaving. Daarna leed het Bulgaarse volk in hoofdzaak onder een trieste aaneenschakeling van oorlogen en bezettingen. Zo leefden de Bulgaren vijf eeuwen lang onder een Ottomaanse bezetting (tot 1878).

Niettemin behielden ze, zoals de Armeniërs, hun eigen taal, hun eigen cultuur en folklore, hun eigen orthodoxe kerk.

De geschiedenis van Bulgarije verwijst naar een aantal kwesties die ook op vandaag nog brandend actueel zijn: de afbakening van de grenzen van Europa, de problemen van immigratie en emigratie, de strijd voor het behoud van de eigen identiteit.

Ik kwam thuis met veel vragen die aansluiten bij een reeks actuele thema’s rond de roeping van Europa in de wereld, de vluchtelingenkwestie, de oorlogen van de islamieten aan onze buitengrenzen.

Paul Scheffer, politiek filosoof en schrijver, publiceerde onlangs een essay over al deze actuele thema’s: “De vrijheid van de grens”, uitgegeven bij de Bezige Bij.

Scheffer schrijft in zijn boek vooral over Europese kwesties en zeker niet specifiek over lokale toestanden en evoluties. Toch liggen de verbanden met “het lokale” voor het grijpen. We leven hoe langer hoe meer in een grenzeloze wereld. Alle problemen van ver weg of dichtbij zijn door hun hevigheid, hun gewicht en hun complexiteit, deel gaan uitmaken van ons dagelijks leven en onze permanente bekommernissen.

Parijs, Brussel, Istanboel, Nice… wie weet er nog raad mee?

Nu komt op minder dan 4 km van hier, een opflakkering van haat binnen de Turkse gemeenschap, “onze rust verstoren”. We worden bruusk a.h.w. terug gekatapulteerd in de tijd naar toestanden die we hier kenden bij de bevrijding van onze streek in 1945.

Ons verstand staat erbij stil.

In onze grenzeloze wereld van vandaag, veroorzaken deze nieuwsoortige kwesties dan ook chaos en morele paniek in onze geesten. De vraag rijst hoe in zo’n wereld nog geborgenheid tot stand kan komen, geborgenheid waaraan we allemaal zo’n behoefte hebben om gelukkig te kunnen zijn.

Paul Scheffer denkt hierover sinds lang diep na.

Hij schrijft dat we lange jaren achter de rug hebben waarin het primair ging om het verruimen van de vrijheid. Dat was een reactie op de samenleving van de jaren vijftig, die in toenemende mate als beknellend en volgzaam werd ervaren.

Grensoverschrijding was voor velen van mijn generatie het gebod, schrijft Scheffer.

We leiden het leven als een immer wijkende horizon, met een wereld zonder grenzen als hoogste ideaal.

Maar hoe leefbaar is dat ideaal nu nog?

Op moreel gebied worden immers taboes herontdekt en tegelijkertijd bestaat er een groot ongemak als het gaat om grenzen in ruimtelijke zin.

Ik ben ervan overtuigd geraakt dat een open samenleving alleen binnen grenzen kan gedijen.

Het zal hier niet gaan over de “grenzen van de vrijheid maar over de vrijheid van de grens”.

Tot zover Paul Scheffer, voor wie het uiteraard vooral gaat om inhoud te geven aan het Europees project en om het afbakenen van Europese grenzen.

Algemeen echter moeten we volgens hem in deze tijd opnieuw leren nadenken over begrippen als “afstand” en “nabijheid”. Het gaat hierbij ook over betrokkenheid en identificatie.

In de primaire agrarische samenleving hadden deze betrokkenheid en identificatie vooral te maken met bloedverwantschap en nabuurschap.

Deze identificatie is de voorbije eeuwen echter uitgedijd en verruimd tot de natie, de klasse, de etniciteit en de religie.

Het eindpunt is niet bereikt, de identificatie met het Europees project blijft zonder twijfel het grootste objectief. Maar de vereenzelviging in de beperktere omgeving van het gezin, de buurt of het dorp zijn en blijven m.i. ook belangrijk.

Verwantschap en ruimtelijke nabijheid blijven ook vandaag ruimere identiteiten, tot zelfs op Europees niveau, versterken.

Ik vertelde ooit al zwanzend, August Vermeylen parafraserend : laat ons fervente Buitingenaars blijven om goede Europeanen te kunnen worden.

Paul Scheffer schrijft: “Wantrouw de zogenaamde kosmopolieten die in de diepte van hun boeken de plichten zoeken, die ze thuis beneden hun waardigheid vinden.

Dit soort filosofen belijdt de liefde voor de Tataren om verschoond te blijven van het liefhebben van hun naasten!”

 
Gust Luyten

Laatst aangepast op 14 oktober 2016
Log in om reacties te plaatsen