Print deze pagina
24 maart 2016

Editoriaal: Buitings klappe: remedie tegen Alzheimer!?

Binnen paalonline is al sinds augustus 2005 een werkgroep actief (“de taalcommissie”), die sindsdien ijverig bezig is met het inventariseren en publiceren van typische woorden en uitdrukkingen die ons lokaal dialect klank en kleur geven.
 
Op de website vind je ondertussen al 10 jaar het resultaat van ons opzoekingswerk.
 
De “Dikke Van Pale” is een succesnummer op paalonline
 
Met behulp van de nieuwste software die ons toelaat in één beweging tekst, klank en beeld te verwerken, wordt op dit ogenblik koortsachtig gewerkt aan een nieuwe release van al wat in de loop van de voorbije decade al gepubliceerd werd.
 
De “taalcommissie” van paalonline, die zich inspant om ons Buitings dialect voor het nageslacht te bewaren, doet dit om diverse redenen.
 
Vooreerst is er de verknochtheid aan ons dorp Paal , die ons drijft. Dit (uitstervend?) basisgevoel kregen we met de paplepel mee en zit diep gegrift in de “psiche” van een aantal autochtone Palenaren.
 
De kennis van een dialect kan ook een zekere esthetische ontroering geven. Het Buitings dialect herbergt een bijzondere rijkdom aan woorden en klanken die een zekere volkse schoonheid uitstralen.
 
Eigenlijk doet onze taalcommissie aan wetenschappelijk onderzoek, door te graven in de historische linguïstiek van de plaatselijke bevolking door de eeuwen heen.
 
Ten slotte incarneert het Buitings dialect een stukje van de Paalse ”ziel”, als hij al of nog bestaat. Laat ons zeggen dat het een manier is om tegen de werkelijkheid aan te kijken: een verzameling gegroeide inzichten en /of (voor?)oordelen van een boerenbevolking met een underdogmentaliteit, die zich eeuwenlang afzette tegen echte of vermeende “stadsheren”.
 
Wie zei ook alweer dat als een taal sterft, een filosofie uitdooft…
 
De dialecten van onze contreien zijn geen afgeleide van het Algemeen Nederlands. Historisch verliep het net omgekeerd.
 
Dat de dialecten in grote delen van Vlaanderen op dit ogenblik uitsterven heeft vele oorzaken.
 
De belangrijkste oorzaak is onze hedendaagse partnervorming grotendeels over de dorps-, provincie- en zelfs landsgrenzen heen.
 
Ook de strijd voor een algemeen beschaafde eenheidstaal in Vlaanderen, als deel van onze algemene ontvoogdingsstrijd, speelt een grote rol. Het is de verklaring voor het feit dat de Limburgse dialecten veel beter standhouden in Nederlands- dan wel in Belgisch-Limburg.
 
Als je in Maastricht een winkel binnen gaat, is de kans erg groot dat je aangesproken wordt in het plaatselijk “plat”. Pas in 2e orde word je in het Algemeen Nederlands te woord gestaan.
 
Dialectologisch behoort het Buitings tot de Getelandse dialecten, een smal overgangsgebied tussen het Brabants en het Limburgs.
 
Binnenkort gaan we op onze website dieper in op deze kwestie ook omdat recent onderzoek een nieuw licht wierp op deze kwestie. Uit dit onderzoek blijkt dat rond ons dorp, zoals rond verschillende andere dorpen, een soort van taalgrens ligt.
 
De oorzaken hiervan zijn erg complex en niet meer volledig te achterhalen.
 
Regelmatig krijgen we de vraag of het nog wel zinvol is om in de 21e eeuw te proberen dialecten te bewaren voor het nageslacht, ze te verspreiden of ze nog aan te leren aan je kinderen en kleinkinderen.
 
“Zaiver Buitings” spreken is niet eenvoudig, zeker niet als jij en je partner niet hetzelfde dialect meekregen van thuis.
 
Onze dialecten kenden bovendien allemaal een eigen linguïstische ontwikkeling.
 
In Limburg ontstonden ze uit het Zuidnederfrankisch vanaf de 4e eeuw.
 
Na de slag bij Woeringen (1288) werd het Hertogdom Brabant, ook taalkundig, dominant.
 
Paal ligt al van oudsher te paard op de grens van Brabant en Limburg ( zie column “Paal te paard op Kempen en Hageland” van augustus 2015) en dankt zijn specifieke taal aan de mengeling van Brabantse en Limburgse taalinvloeden.
 
De slotsom is een bijzonder kleurrijk maar moeilijk dialect.
 
Dit dialect foutloos kunnen spreken, naast het Algemeen Nederlands en nog enkele andere Europese talen is geen sinecure. Het vraagt een bijzondere hersengymnastiek, enigszins te vergelijken met de studie van het Latijn en het Grieks in het middelbaar onderwijs vroeger.
 
In 2005 werd rond deze kwestie aan de Universiteit van Tilburg onderzoek verricht, waaruit bleek dat kinderen die afwisselend Algemeen Nederlands en dialect spreken een taalkundige voorsprong hebben op andere kinderen. Een vroege tweetaligheid zou voordelen afwerpen op heel de onderwijscarrière van deze kinderen.
 
Om deze reden ook wordt in Nederlands Limburg het Limburgs dialect onderwezen in de scholen. Het voortduren leren switchen van taal van dialect naar Algemeen Nederlands en omgekeerd zou de intelligentie bevorderen.
 
Zelfs in het Engelse Cornwall wordt het Keltisch, dat quasi totaal uitgestorven was, opnieuw onderwezen op de schoolbanken. Wie durft in Vlaanderen dit onderwerp aan te snijden?
 
Of het voortdurend overschakelen van het Buitings dialect naar het Algemeen Nederlands een afdoende remedie is tegen de ziekte van Alzheimer werd, voor zover mij bekend, nog niet onderzocht, laat staan bewezen.
 
Slecht zal het toch zeker niet zijn, denk ik.
 
Wat denk jij?
 
Gust Luyten
Laatst aangepast op 26 maart 2016
Log in om reacties te plaatsen