In Beringen is er een rijk en gevarieerd voorzieningenaanbod zowel in het centrum als in de verschillende dorpen, ondanks het feit dat er in het verleden een centralistisch beleid werd gevoerd. Dit geldt ook voor Paal.
De studie van de Bouwmeesterscan vertrekt van een aantal vaststellingen vooraleer de diagnose aan te vatten en de sterktes en zwaktes van Beringen op te sporen.
Een belangrijke vaststelling is dat er een rijk en gevarieerd voorzieningenaanbod is zowel in het centrum als in de verschillende dorpskernen.
Er zijn interessante handelsclusters in Beringen-Centrum, in Beringen-Mijn, in Paal, Beverlo en Koersel.
Ook het onderwijsaanbod is gespreid. Maar naast handel en onderwijs zijn ook andere voorzieningen aanwezig in de dorpen, niet alleen voor sport- en recreatie maar ook voor cultuur.
Paal wordt in de studie een “steenwegdorp” genoemd, met uitgebreide verkavelingswijken rond het centrum.
Paal is sterk geöriënteerd op het lokale op -en afrittencomplex van de snelweg en richt zich functioneel eerder op Diest dan op de Limburgse centra.
In die zin is Paal, ook in Beringen zelf, een beetje een buitenbeentje maar wel een van een aanzienlijke omvang, zo stelt de Bouwmeesterscan.
Al sinds de oprichting van de Denktank, nu meer dan 15 jaar geleden, wordt door ons gesteld dat het dorp Paal een aantal specifieke kenmerken heeft en vooral ook bijzondere kansen en mogelijkheden op verdere ontwikkeling en groei.
De denktank ijvert daarom sinds jaar en dag voor de uitbouw van een toekomstgericht dorpenbeleid dat nieuwe kansen creëert voor lokale maatschappijopbouw.
In de startfase ijverden we voor deze beleidskeuze vooral om de leefbaarheid van de verschillende kernen voor de inwoners te behouden en te vergroten.
Later leerden we het concept en de argumentatie kennen voor de creatie van de 15-minutenstad en dorp. Hierop gaan we dieper in, in een andere aflevering.
Al deze argumenten blijven meer dan ooit valabel.
De klimaatkwesties, energieschaarste en de noodzaak van een mobiliteitsshift zetten op dit ogenblik onze visie op dorpsontwikkeling kracht bij.
Alhoewel Beringen, ondanks de keuze voor een centralistisch beleid in het verleden, toch grotendeels polycentrisch bleef, is het duidelijk dat er nog heel wat vooruitgang kan geboekt worden.
Zo kan op korte termijn de gemeentelijke dienstverlening terug meer gedecentraliseerd worden.
Door corona werden de gemeentediensten grotendeels plaats- en tijdsonafhankelijk georganiseerd.
Het is relatief eenvoudig om nu, zoals trouwens aangemoedigd door de Vlaamse Overheid, de dienstverlening terug dichter bij de burger, in de dorpen, te organiseren.
Hetzelfde geldt voor de bibliotheekfaciliteiten en aanverwante activiteiten.
De denktank van paalonline werkte hiervoor 5 jaar geleden al een scenario uit.
